De gewone agrimonie . , 2005.: Heukels' Flora van Nederland, Wolters-Noordhoff, Groningen/Houten, <br />. [http://www.wilde-planten.nl Wilde planten in Nederland en België]</ref> (Agrimonia eupatoria) is een kruidachtige plant uit de rozenfamilie (Rosaceae). Deze plant met zijn helgele bloemen in lange, slanke aren is vrij algemeen op kalkrijke bermen en dijken in België en Nederland.

De gewone agrimonie is een 40–100 cm hoge, donkergroene plant met een behaarde, weinig vertakte bloemstengel, talrijke verspreid staande, gedeelde bladeren en lange, slanke aarvormige bloeiwijzen. De aren zijn dicht bezet met gele bloemen. De bloemen openen zich het eerst onderaan de aar en naarmate het bloeiseizoen vordert, gaan ook de hogere bloemen open. Zodra de bloemen uitgebloeid zijn, verlengen de aren zich zodat de schijnvruchten ver uit elkaar komen te staan.

De gewone agrimonie is een hemikryptofyt, een meerjarige plant overwintert met een knop boven de grond, omgeven door een bladrozet.

De gewone agrimonie is ruim voorzien van bladeren, variërend in grootte van bijna 20 cm onderaan tot slechts 10 cm bovenaan. De bladeren zijn afgebroken geveerd; grote paren zijblaadjes worden afgewisseld met kleinere. De lagere bladeren hebben het meeste blaadjes, naar boven toe worden ze eenvoudiger. De blaadjes zijn elliptisch, de bladrand ervan gezaagd. De blaadjes zijn bezet met lange haren en kunnen aan de onderzijde klieren dragen.

De bloemen zijn klein en staan dicht op elkaar. Elk bloempje wordt ondersteund door een gedeeld steunblaadje. De bloemen hebben 5 wijd uitgespreide, eironde en heldergele kroonblaadjes en tot twaalf meeldraden, die tevoorschijn komen uit een kelkbuis.

Uit de kelkbuis ontwikkelt zich na de bloei een schijnvrucht, die aan de buitenzijde over de volledige lengte gegroefd is en bezet met haken. De onderste rij haken staan schuin tot bijna recht af. Deze kenmerken onderscheiden de gewone agrimonie van zijn soortgenoot, de welriekende agrimonie (Agrimonia procera) . De gewone agrimonie is ook donkerder groen gekleurd en dichter behaard dan de welriekende.

De gewone agrimonie staat op de Vlaamse Rode Lijst (planten) aangeduid als 'achteruitgaand' en op de Nederlandse Rode Lijst (planten) als 'sterk afgenomen'.

(tekst: )