De es (Fraxinus excelsior) is een plant uit de olijffamilie (Oleaceae). Het is een loofboom die van nature in Europa voorkomt. Het is een snelgroeiende boom die tot 40 m hoog kan worden. De es is, net als onder meer de wilg, geschikt om te knotten.

De boom is bladverliezend en heeft een oneven geveerd blad, dat bestaat uit zeven tot dertien lancetvormige gezaagde deelblaadjes. De bladeren zijn kruiswijs tegenoverstaand. Essen bloeien voordat ze in blad komen.

Het zaad is voorzien van 'vleugeltjes' die helpen bij de verspreiding door de wind. Voor zaadwinning kunnen de vruchten op twee tijdstippen geoogst worden. Als ze in de eerste helft van augustus groen geoogst worden kunnen ze direct uitgezaaid worden, omdat ze dan nog geen kiemrust hebben. Bij oogst in het najaar van afgerijpte vruchten moet eerst de dan ontwikkelde kiemrust gebroken zijn voordat ze gezaaid kunnen worden.

De gewone es is een kensoort voor de klasse van de eiken- en beukenbossen op voedselrijke grond.

De es komt voor op vrijwel het gehele Europese continent, in Zuid-Noorwegen en Zweden, ten oosten van de Zwarte Zee in de Kaukasus en in een smalle strook in Noord-Spanje. Verder nog in Engeland.

Het hout van de es is lichtgekleurd, taai en sterk. Vanwege deze elasticiteit wordt het gebruikt voor liggers van gymnastiektoestellen en voor stelen van bijlen en spades. Ook wordt het vanwege de vlamtekening gebruikt voor meubels, vloeren en trappen.

De duurzaamheid van essenhout bij buitengebruik is echter vrij laag en het hout valt dan ook in de duurzaamheidsklasse 5, de laagste klasse.

Sinds het begin van de jaren 1990, voor het eerst in Polen, wordt de es aangetast door de schimmel essenvlieskelkje (Chalara fraxinea). Deze schimmel is een invasieve exoot en komt oorspronkelijk uit Oost-Azië. Infectie met deze schimmel leidt tot essentaksterfte. In Nederland zijn sinds 2012 bomen geïnfecteerd en worden zieke bomen waar nodig omgezaagd om ongelukken te voorkomen.

In 2017 is de aanwezigheid van de schimmel uiterst ernstig geworden en worden tal van karakteristieke lanen, singels en bossen met grootschalige kap bedreigd. Er is geen remedie tegen essentaksterfte, maar een klein deel van de bomen lijkt minder vatbaar te zijn voor de ziekte. Deze bomen kunnen wellicht gebruikt worden om resistente bomen te kweken; eerder is op deze wijze succes geboekt in de strijd tegen de iepziekte. Het publiek wordt gevraagd om door te geven wanneer zij zieke of gezonde essen zien.

(tekst: )