Het gewoon speenkruid (Ficaria verna subsp. bulbilifer, synoniem: Ranunculus ficaria subsp. bulbifer) is een laagblijvende voorjaarsbloeier die behoort tot de ranonkelfamilie (Ranunculaceae). De soortaanduiding ficaria komt van het Latijnse Ficus, dat vijg betekent. Oude namen voor deze plant zijn 'vijgwortel', 'oaneklootjes' en 'katteklootjes'. De naam 'speenkruid' is volgens sommigen afgeleid van de vorm van de knollen, die op kleine speentjes lijken. Volgens anderen is de naam afgeleid van de toepassing tegen aambeien, oftewel speen.

De plant wordt tot 30 cm hoog en bloeit van maart tot mei. De hartvormige bladeren zitten aan het uiteinde van een lange bladsteel. De gele bloemen hebben acht tot twaalf kroonbladeren en drie groene kelkbladeren, een afwijking ten opzichte van de overige leden van de ranonkelfamilie. Bij slecht weer blijven de bloemen gesloten, bij zon spreidt de bloem zich wijd open. De planten vormen als het ware een "tapijt" dat vaak niet hoger is dan 10 cm. Na de bloei sterft het bovengrondse deel van de plant af, de ondergrondse knolletjes van enkele millimeters lengte blijven in leven voor het volgende jaar. Bij de zaailingen treft men slechts één zaadlob aan, de plant hoort als lid van de ranonkelfamilie echter tot de tweezaadlobbigen. De tweede zaadlob was oorspronkelijk wel aanwezig.

Het verspreidingsgebied van gewoon speenkruid beslaat geheel Europa, de Kaukasus, West-Siberië en Midden-Azië. De soort is meestal autotetraploïde en plant zich vegetatief voort. In het Middellandse Zeegebied en aan de zuidkust van Engeland is de soort diploïd, de voortplanting is daar eveneens vegetatief.

De plant komt algemeen voor op vochtige gronden, langs natte bosranden en slootkanten. Gewoon speenkruid verspreidt zich zowel door zaadvorming en verspreiding als door knollen. Deze laatste groeien niet alleen in de grond, maar ook als broedknollen in de oksels van de bladstelen. In een tuin is gewoon speenkruid een aardig plantje, maar het moet wel in de hand gehouden worden omdat het zich via de in de grond blijvende knolletjes snel verspreidt.

Het gewoon speenkruid is een kensoort voor de klasse van de eiken- en beukenbossen op voedselrijke grond.

(tekst: )