De kleine pimpernel (Sanguisorba minor) is een vaste plant uit de rozenfamilie (Rosaceae). De plant wordt ook wel 'sorbenkruid' of 'bloedkruid' genoemd. Beide namen houden relatie met de botanische naam. 'Sanguis' betekent bloed, terwijl 'sorbis' (sorba) opnemen of absorberen betekent.

De tot 60 cm hoge plant heeft een bolvormig bloemhoofdje. De bovenste, groenachtige, vaak paars aangelopen bloemen hebben roodachtige stijlen en 10-30 hangende meeldraden, die 3-5 keer zo lang zijn als de kelkbladen. De bovenste bloemen zijn vrouwelijk en de onderste mannelijk. De bloeitijd is van mei tot in juli.

De bladeren zijn ellipsvormig, getand, blauwgroen en zijn in groepen van zes tot tien bladeren aan elke bladsteel gegroepeerd.

De plant heeft een diepe penwortel.

De plant dient als waardplant voor vlinders als Acleris aspersana, Ectoedemia angulifasciella, kalkgraslanddikkopje, Spialia orbifer, Spialia sertorius, Stigmella anomalella, Stigmella poterii en Synansphecia leucomelaena.

De plant is afkomstig uit het Middellandse Zeegebied en komt nu in alle gematigde streken van Europa voor, tot zelfs in het hoge noorden. De soort is in Noord-Amerika ingevoerd. De plant groeit meestal op redelijk droge en kalkhoudende grond in bermen, graslanden en op hellingen. De plant prefereert een zuurgraad (pH) tussen de 6,1 en de 7,5.

De kleine pimpernel staat op de Nederlandse Rode lijst van 2012 als algemeen voorkomend en stabiel of toegenomen.

(tekst: , foto: Svdmolen, Wikimedia Commons)