De zachte ooievaarsbek (Geranium molle) is een een- of tweejarige plant uit de ooievaarsbekfamilie (Geraniaceae). De plant komt van nature voor in Europa en is geïntroduceerd in de Verenigde Staten.

In België en Nederland is de plant zeer algemeen. De standplaats is op droge grazige plaatsen, op braakliggende grond en in de duinen. De maximale grootte bedraagt 40 cm, maar de plant blijft meestal korter dan 30 cm. De breedte van de plant blijft eveneens meestal minder dan 40 cm. De bladeren hebben een ronde vorm met verschillende insnijdingen. De bladeren kleuren in de herfst van rood door de aanwezigheid van anthocyaan.

De meestal roze, soms purperrode bloemen zijn circa 1 cm breed. De bloemstengels zijn opstijgend. De wortelbladen zijn tot minder dan de helft ingesneden, de stengelbladen tot halverwege. Er zijn vijf kroonbladen. De bloeitijd is van april tot september. De stengels zelf zijn vaak roodachtig gekleurd. Een plant produceert 1.500-2.000 zaadjes per jaar.

De plant verspreidt zich door zaden. De vrucht is kaal, meestal met fijne dwarsrichels. Botanisch gezien is de vrucht een vijfdelige kluisvrucht. De vruchtklep blijft aan het zaad verbonden, waardoor het vaak in de vacht van dieren over grote afstanden wordt meegenomen.

De zachte ooievaarsbek is waardplant voor het bruin blauwtje en Helianthemum nummularium. Ook de spin Trachyzelotes pedestris kan op deze plant worden aangetroffen.

(tekst: , foto: SieBot, Wikimedia Commons)