Zandstruisgras of heidestruisgras (Agrostis vinealis, synoniem:Agrostis canina ssp montana) is een vaste plant die behoort tot de grassenfamilie. De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als algemeen voorkomend en stabiel of genomen. Zandstruisgras komt voor in Europa, Noord-Afrika, Azië en het oosten van Noord-Amerika. Het aantal chromosomen 2n = 28.

De plant wordt 10 - 60 cm hoog en vormt lange wortelstokken met strokleurige schubben. De bloeistengels staan rechtop. De vlakke, ruwe bladschijf is 2 - 15 cm lang en 1 - 3 mm breed. Vaak zijn de bladeren echter ingerold. De bladschede is onbehaard. Het spitse tot driehoekige tongetje van het bovenste blad is 1 - 5 mm lang en 1 - 5 mm breed.

Zandstruisgras bloeit van juni tot en met augustus. De 2 - 20 cm lange, roodpurperen bloeiwijze is een pluim. Het 2 - 3,3 mm lange, eliptische aartje heeft een draadvormige steel. De aartjes hebben één, tweeslachtige bloem. Het onderste kroonkafje (lemma) is 1,5 - 2,5. mm lang en heeft een 2 - 4,5 mm lange kafnaald. Het bovenste, doorzichtige kroonkafje (palea) is 0,5 mm lang, maar ontbreekt vaak. De drie helmknoppen zijn 1 - 1,5 mm lang. De bloem heeft twee stempels.

De 1 - 1,2 mm lange vrucht, zaad genoemd, is een graanvrucht.

Zandstruisgras komt voor in het westen, midden en oosten van Nederland op open, kalkhoudende zandgrond in de duinen en heidevelden.

(tekst: , foto: Rasbak, Wikimedia Commons)